Caladium
FAMILIE
Araceae
HERKOMST
Het genus Caladium komt oorspronkelijk uit tropisch Amerika en is vooral in het Amazone gebied overvloedig aanwezig. Met de tijd zijn deze planten ook in andere tropische gebieden geïntroduceerd en ook in Azië zijn ze nu veel te vinden.
IN DE VOLKSMOND
Caladium
VERZORGING
Caladiums zijn regenwoud planten en ze houden ervan als de grond altijd licht vochtig is. Bij te weinig water zullen ze hun ongenoegen uiten door hun bladeren te laten hangen. Met een scheutje water zijn ze er dan zo weer bovenop. Een teveel aan water kan bij deze planten makkelijk voor wortelrot zorgen.
Caladiums staan daarnaast graag op een lichte plek waar weinig tot geen direct zonlicht valt, bijvoorbeeld voor een raam op het noorden. Deze planten komen van oorsprong op de bosbodem voor waar maar een paar procent van het zonlicht kan doordringen. Hun dunne bladeren kunnen door direct zonlicht snel beschadigd raken met bruine randen en vlekken als gevolg.
Sproeien is niet noodzakelijk maar kan wel helpen om de luchtvochtigheid rond je Caladium hoog te houden waardoor de bladeren lang mooi zullen blijven.
Caladiums zijn laagblijvende planten die vooral uitdijen in de breedte. Snoeien zal dan ook niet snel nodig zijn. Mocht je toch ervaren dat je plant te groot wordt, dan kun je ongewenste bladeren eenvoudig dicht bij de grond afsnijden met een schoon mes.
Het is belangrijk om te weten dat Caladiums knolgewassen zijn die in het Nederlandse klimaat in de winter vaak hun bladeren laten vallen. Je houdt dan alleen de knollen over. Schrik dus niet als je plant rond november opeens dood lijkt te gaan! Hij gaat alleen maar in winterslaap. Haal de knollen dan uit de grond en berg ze op op een donkere, droge plaats (de voorraadkast is erg geschikt!). In maart, als de dagen weer langer worden, kunnen de knollen de grond weer in en zullen ze weer uit gaan lopen.
Je kan je Caladium bijvoeden zolang de plant nieuwe bladeren produceert. Voeg hiervoor ongeveer twee keer per maand voeding aan de aarde of het gietwater toe.
VERPOTTEN
Omdat je de Caladium elke winter uit de grond haalt, zul je deze elke lente ook weer opnieuw op moeten potten. Kies voor een pot waar de knollen makkelijk in passen en de wortels ruimte hebben om te groeien. Plant de knollen ongeveer drie centimeter onder de aarde en zorg dat de groeipunt naar boven wijst.
VERMEERDEREN
Caladiums kun je alleen maar stekken door de knollen te scheiden en in nieuwe potten te zetten. Met de tijd zal de plant ook nieuwe knollen produceren. Elke winter, wanneer je de knollen uit de pot haalt, kun je beslissen in hoeveel nieuwe potten je ze wil zetten.
ZIEKTES?
Caladiums zijn gevoelig voor trips en spint. Tref je deze beestjes aan, spoel ze er dan zo veel mogelijk vanaf onder de douche en behandel de plant met een mengsel van water met 2% spiritus en groene zeep. Blijf dit herhalen tot de plaag verdwenen is. Vooral trips zijn erg hardnekkig. Als het niet lukt om ze te bestrijden kun je ervoor kiezen alle bladeren aan de grond af te snijden. De Caladium zal dan snel weer nieuw (trips-vrij!) gebladerte produceren.
GIFTIG?
Net als vrijwel alle leden van de aronskelk familie is de Caladium giftig voor zowel mens als dier. Het eten van de plant kan zorgen voor irritatie, misselijkheid, braken en een opgezwollen mond en keel. Ook kan het sap bij aanraking met de huid voor jeuk en pijn zorgen.
WETENSWAARDIGHEDEN
Hoewel Caladiums in Nederland niet altijd makkelijk te krijgen zijn, is het cultiveren van deze plant zeker geen nieuwigheid. Al sinds de 18de eeuw worden de planten om hun prachtige bladeren gekweekt in Europa!
TEMPERATUUR
overdag: 18°
‘s nachts: 18°